Category: actualiteit

How to: overlijden in een DBC slash de WMO

Het gebeurt helaas met enige regelmaat; de mensen die we begeleiden komen te overlijden. Na een soms niet al te lang leven; vaak wel na een geleefd leven. Het overlijden komt soms plotseling, bijvoorbeeld omdat iemand een bloeding krijgt of een hartaanval. Het is treurig genoeg. We komen elkaar niet meer tegen… jammer. Maar het hoort toch ook bij ons werk.

Tegenwoordig is zo’n overlijden technisch ook een ding. Dat vind ik bizar, maar het is wel zo. Want als iemand komt te overlijden, dan betekent dat in dit millennium dat alle bemoeienis onmiddellijk moet stoppen. Het maakt daarbij niet uit of iemand zorg ontvangt vanuit een DBC via de zorgverzekeraar, een WMO indicatie via de gemeente of begeleiding krijgt vanuit een ander potje. De redenering zal wel zijn dat als iemand overleden is, het niet meer nodig of mogelijk is om hem of haar nog te begeleiden. Dat klopt wel, maar je wilt als begeleider of als hulpverlener natuurlijk wel dat de uitvaart en de zaken die nu éénmaal geregeld moeten worden na een overlijden, zo goed als mogelijk geregeld worden. En lang niet altijd is er een netwerk of familie die de zaken kan regelen. Best vaak is er ook geen uitvaartverzekering en moet iemand ‘van de gemeente’ begraven worden.

In het verleden was het heel gewoon dat ik als hulpverlener betrokken was bij de regelzaken rondom de uitvaart en daar ook de tijd voor kreeg. We hadden toen natuurlijk nog niet het soort systeem waar in minuten geregistreerd moet worden; iets wat we nu wel hebben. Sterker nog, ik denk dat het toen in niemand opkwam dat wanneer je als betaalde hulpverlener tijd spendeerde aan een sterfgeval, dit het bedrijf geld zou kosten. We dachten domweg niet in die termen; de woorden die we nu gebruiken, bestonden nog niet. In de tijd voor de invoering van het DBC (2005) registreerde je om feiten te verzamelen over de klant, niet om iedere minuut van je tijd te verantwoorden.

De tijden zijn anno 2018 totaal veranderd.  Op het moment van overlijden, is het voor de hulpverlener niet meer mogelijk om de tijd die je wilt besteden aan zo’n ingrijpend moment te registreren. Want de klant is dood. Voor dode klanten wordt niet meer betaald, zo simpel is het. Dus alles wat je aan tijd neemt om het verder goed af te handelen is in principe vrijwilligerswerk. Ik moet de eerste baas nog tegen komen die moeilijk doet over zoiets, maar daar gaat het nu even niet om.

Overlijden zit niet in een DBC of in de WMO. Klaar.

We worden geacht onze bemoeienis en begeleiding onmiddellijk te staken en het over te laten aan mensen die de klant vaak nooit gekend hebben. De sleutel van de woning in te leveren bij een WIJ team of bij de politie, het gemeentelijke loket te bellen wat zich bezig houdt met mensen die overleden zijn zonder fatsoenlijke verzekering en dan is dat dat. Wat ik nog wel het meest bijzonder vind, is dat het lijkt alsof niemand er raar van staat te kijken dat het nu is zoals het is.

Daarnaast is cremeren in Duitsland tegenwoordig blijkbaar goedkoper en moet je dus die kant op als je ‘van de gemeente’ begraven wordt. In Groningen kun je alleen nog gecremeerd worden. Er is geen keuze meer tussen het later nog kunnen bezoeken van een graf of een crematie, had je het bij leven maar beter moeten regelen….

Het is eigenlijk een beetje onmenselijk naar mijn idee. Voor de overledene doet het er misschien niet meer toe, maar voor kennissen, vrienden en familie is het fijn als er een begeleider aanwezig is die het verhaal kan invullen. Voor mij als begeleider is het prettig als ik mijn werk goed af kan ronden, en in mijn idee behelst dat ook het afhandelen van de woning en wat er meer nodig is, als er echt niemand anders is die het kan regelen.

Zo heb ik de moeder van een klant waar ik nog vaak aan moet denken, want hij wilde zo graag leven maar hij kon het niet,  best veel persoonlijke aandenkens kunnen bezorgen waardoor zij aangenaam verrast werd. Ze wist niet van de kant die wij wel kenden van hem. Het is waardevol dat ze dit nu wel weet. En dat ik het huis, waar hij in zijn goede dagen altijd in kluste en sopte, het was belangrijk voor hem, met respect kon opruimen en de spullen een goede bestemming kon geven. Dan maar vrijwilligerswerk.

Is het respectvol om iemand vanwege de kosten te laten cremeren in Duitsland? Is het correct zoals we nu met een overlijden om moeten gaan? Ik mag hopen dat als ik onverwacht dood neerval het niet zo hoeft te gaan. Dan zou ik toch graag willen dat de begeleider die ik bij leven waardeerde en waar ik soms afhankelijk van was (niet mijn sterkste kant en meestal ook niet van mijn klanten) mij ook zou begeleiden bij mijn uitvaart en het opruimen van mijn huis en mijn geheimen. Met respect, soms iets vinden wat heel grappig is als je de persoon gekend hebt, en de nare geheimen wegwerkend zodat niemand dat hoeft te weten. Juist als je elkaar kende, kan dat. Alles bij de vuilnis laten gooien door een schoonmaakbedrijf of de technische dienst van de woningcorporatie kan ook. Maar of dat correct is, of dat respect is voor een geleefd leven… ik heb er moeite mee.

Mag er in een DBC of in een WMO indicatie nog wat tijd beschikbaar komen om een overlijden respectvol en goed af te kunnen maken? Of vraag ik dan teveel?

Brommen

Ik schrik als ik voor zijn deur sta. Er zitten altijd wel een paar dikke bromvliegen op het glas maar nu lijken het er meer dan normaal. Hij doet scheldend de deur open, gewapend met een handdoek om de vliegen dood te slaan.

Buiten is het 28 graden, al weken. In de woning ruikt het niet zo fris. Eigenlijk stinkt het er. Naar menselijke zure luchten van nooit willen, kunnen of durven douchen, naar vuilnis wat niet opgeruimd wordt want de container, die hij moet delen met de buren, is altijd vol, van overal in huis vuilnisbakjes maken, met etensresten. En kattenvoer wat niet op komt omdat de kat niets te kort mag komen en dus altijd een dikke bak vlees heeft staan. Waar vliegen op af komen, eerst de kleine, die worden groot, leggen eitjes en dan heb je ze dus in huis.

Ik leg hem al weken uit dat die vliegen op de etensresten afkomen, dat hij moet opruimen, meteen, met deze hittegolf. Meerdere malen zet hij mij bijna het huis uit. Want waar zie jij etensresten!!! Nou daar, en daar, en dat kattenvoer, en die half opgegeten maaltijd, en die plastic verpakkingen die op het aanrecht staan om weg te gooien. Huilend schreeuwt hij; waarom zitten die vliegen altijd op de voordeur!! Omdat ze naar het licht vliegen… dat kan hij niet geloven. Die beesten zouden daar helemaal niet moeten zijn. Volgens hem.

De dag dat ik schrik van de voordeur is ook de dag dat ik de gordijnen in de kamer open trek, die altijd potdicht zitten. Hij wordt woest. GODVERDOMME!!! NOU LAAT JE AL DIE VLIEGEN IN MIJN HUIS!!!

Ik schrik nog weer meer, want achter het gordijn in de woonkamer zit een kolonie. Met zoemende vliegen, die met zo’n groen glimmend achterlijf. Zo idioot veel dat ik er kippenvel van krijg. Wat mij niet vaak overkomt.

Afijn we moeten door. Ik zoek in de kamer naar iets om de vliegen dood te slaan. Dat is niet goed voor mijn karma en tegen mijn principes maar het is niet te doen om deze hoeveelheid vliegen levend het pand uit te krijgen, het sleuteltje van het raam aan de voorkant wat open kan, is al jaren kwijt. Het wordt een slap krantje. Als een gek ga ik tekeer. Ze moeten weg, die vliegen, het zijn er wel 200.

Mijn klant gaat op de bank liggen. In eerste instantie houdt hij de moed erin en doet hij net alsof hij 112 belt omdat hij een seriemoordenaar in huis heeft. Haha. In tweede instantie zegt hij dat hij gek wordt van dat getik van mij en dat dat moet stoppen. In derde instantie brult hij tegen mij dat het toch niet helpt en dat die vliegen er morgen weer zitten. In vierde instantie geeft hij toe dat het inderdaad wel verbeterd is en dat er eigenlijk niet zoveel vliegen meer over zijn. Ik verlaat het pand. De vliegen heb ik opgeveegd met een veger en blik en in het gras voor de deur geflikkerd, wie het overleeft heeft geluk…

In vijfde instantie kom ik de dag erna terug, met een vliegenspray om het karwei af te maken en daarna heb ik hem de deur gewezen met het verzoek over 3 uur terug te komen zodat ik even op kon ruimen. Ik trof een half opgegeten bakkie eten van de gemeentelijke cateraar op de salontafel aan met een in potentie nieuwe kolonie vliegen. Die zijn geruimd.

Ik gun deze man zijn huisje en zijn privé met zijn lieve kat. Maar of het nog lang zo door kan gaan?

Bron: internet koenschyvens.wordpress.com

 

Ventileren

Het is zomer 2018 en we hebben zojuist maar liefst 2 hittegolven op rij achter de rug. Dat is voor iedereen afzien. Hoewel het ene afzien het andere niet is. Ik zit in mijn oude auto, maar met een zeer goed werkende airco, en rijd van adres naar adres. Dus ja ik heb het ook wel warm maar het is te doen. Ik heb ook nog een Chilly’s fles die mijn water 24 uur koud houdt. Inderdaad, op het kantoor wat wij met 5 man bezetten is het na 1 uur ‘s middags geen feestje meer. We hebben geen ramen naar buiten en een collega heeft met 2 lange latten de plafondplaten een stukje opgetild zodat er in principe nog wat frisse lucht naar binnen kan. Alleen is die lucht ook warm want boven de plafondplaten zit een koepel van golfplaat. Om 1 uur pm is bij ons kantoor de lucht heel apart en in elk geval warm dus dan reis ik in de auto weer af. Even bijkomen.

Mijn klanten hebben het toch zwaarder. Hun huizen zijn lang niet altijd van goede kwaliteit, ze wonen best vaak 3 of 4 hoog onder een plat dak of in kleine huisjes die er al zolang staan, dat er eigenlijk geen goede ventilatie mogelijk is. Daar komt in de winter dan schimmel van, omdat men de ramen die wel voorzien zijn van een ventilatiestand, niet open wil zetten vanwege de stookkosten die dan te hoog zouden kunnen worden. En in de zomer is de ventilatiestand niet genoeg om de woning koel te krijgen maar hebben we regelmatig discussie over hoe dat dan geregeld moet worden.

“Ja ik heb dat van mijn ouders geleerd hoor!” zegt iemand fanatiek. “Alles dichthouden! Dan kan de warmte er niet in!” – Maar zet je ‘s avonds wel alles even tegen elkaar open dan? Dat het even door kan tochten en af kan koelen? Hij kijkt alsof hij water ziet branden. Dat gaat hij dus echt niet doen. Ventileren.

Tegen iemand anders, die zwetend en puffend op de bank ligt, roepend dat dit echt geen weer is voor een blanke, hij is op leeftijd, zeg ik: “Jij had toch een ventilator? Waar is die?” – In de slaapkamer. “Waarom zet je die niet voor je op tafel, dan heb je het wat koeler?” – Nog niet opgekomen. Hij haalt de ventilator meteen op en geniet van de koude lucht. Ah dat is beter! Ook hier zitten alle gordijnen potdicht, maar staat de achterdeur open zodat de kat in en uit kan lopen. En de warme lucht binnen kan komen en kan blijven hangen. De volgende keer dat ik kom, ligt de kat in een lekkere stoel met de ventilator op zich gericht en ligt de baas weer amechtig op de bank, roepend dat dat beestje het goed moet hebben en dat hij zich wel aanpast. Douchen doet hij met dit weer voor zijn doen vaak; 1 keer per week. En de keer daarna dat ik bij hem ben is de ventilator gevallen. Stuk. Story of his life. Hij bedenkt niet dat hij een nieuwe kan kopen.

Bij een volgende klant met dikke wallen onder de ogen, want al nachtenlang steeds wakker van de hitte en helemaal klaar ermee, gaan we samen een ventilator kopen bij de Media Markt. Er werden net nieuwe pallets aangevoerd en hij kon kiezen uit 2 modellen; eentje van 42 euro en eentje van 45 euro. Die van 45 euro was wat steviger, maar ja het scheelde 3 euro. Na een half uur was hij er uit, hij had advies gevraagd aan andere klanten en aan een medewerker en en passant nog even gemeld dat het maar mooi belachelijk was dat er geen showmodellen stonden. Waarop de medewerker laconiek meedeelde, dat hij geen tijd kreeg om die op te stellen, want zodra de pallets binnen waren werden ze leeg gesleept door de klanten.

Eigen foto, juli 2018

Toen ik de dag na nog eens kwam bij de MM was alles op… en bleken er in 2 dagen tijd 28 pallets doorheen gegaan te zijn… Maar hoe dan ook; toen we de ventilator, die van 42 euro, bij hem thuis in elkaar gezet hadden kon hij maar niet stoppen met roepen; “Wat een weelde!  Wat een weelde!” De volgende keer dat ik hem bezocht waren zijn wallen weg maar was de ventilator alweer een beetje gedeukt. Gevallen. “Is ook niet zo stevig eigenlijk he, zo’n ding?”

Het meest treurig word ik eigenlijk van de klanten die zo extreem verslaafd zijn dat elke euro die niet naar de dealer gaat in principe een verspilde euro is. Dat zijn de mensen die zich behelpen met een handventilatortje, totdat de batterijen op zijn en dan is het weer afgelopen, of die dan ‘heel goedkoop, van een vriend van mij’ een tweedehandsje kopen die bij nader inzien niet goed blijkt te zijn. Of gewoon stuk eigenlijk. Alsnog een tientje down the drain. Voor hen moest ik maar eens een ventilatorbank oprichten, zodat ik uit mijn voorraad tweedehandsjes bij een volgende hittegolf toch nog iets kan doen. Want gezond is het niet, de hitte. En zeker niet als je daar te weinig bij drinkt, te weinig koelt in huis en in een minder goede lichamelijke conditie bent. Ouderen worden gewaarschuwd voor dit soort hitte, maar mijn klanten zijn net zo kwetsbaar.

Wat ook nog kan gebeuren; ik vertelde een klant dat hij wel moest blijven ventileren, het was buiten 38 graden. Dat laatste had ik er niet bij gezegd. Ik kreeg een woeste reactie terug. Hoezo!!! Hij ventileerde om de haverklap en het hielp geen reet! Hij bleef maar opgefokt!! Het duurde even voordat we eruit waren. Hij moet in therapie steeds ventileren over zijn gevoelens. En dat helpt blijkbaar dus niet…

Vakantiegeld

Het waren weer tropenweken de laatste tijd. Eind mei en begin juni. Want het vakantiegeld was in aantocht.

In maart maken we plannen welke goeie dingen we allemaal met het vakantiegeld gaan doen. Een nieuw bed, een nieuwe bank, een werkende computer, de woning eindelijk eens verven, of Caran d’Ache kleurpotloden van bijna 100 euro kopen om weer eens te kunnen gaan tekenen op niveau. Dat is duur maar dat kan, want het vakantiegeld komt er immers aan. Vakantiegeld is hoop. Hoop dat het nou eindelijk eens doorgaat, die nieuwe bank, dat nieuwe bed, die kleurpotloden. We maken er harde afspraken over. ‘Ik wil 200 euro voor mezelf en de rest is voor een nieuw bed! Daar moet je mij aan houden!’

Begin mei beginnen mijn klanten al schulden te maken bij hun dealers. Want eind mei zal het schip met geld binnenvaren. Dealers zijn niet gek en meestal ook geen watjes. Zij hebben vaak wel een belang bij klanten die iets in debt staan. Je wilt je dealer niet tegen je hebben, of boos. Dan kun je niet meer poffen in nood. Goed beschouwd heb je dus al een lening afgesloten op je vakantiegeld.

Het UWV keert eind mei het vakantiegeld van de WIA, WW of Wajong uitkering uit, en zo ook de Sociale Verzekerings Bank met de AOW. De gemeentelijke uitkeringen volgen pas in de eerste week van juni. Dat alleen al levert mij veel telefoon op. WAAR BLIJFT MIJN VAKANTIEGELD!!! IEDEREEN HEEFT HET AL!!! Kun je bellen? Er is toch geen beslag gelegd? Want dat laatste kan gebeuren als iemand schulden heeft.

Hierna volgt de periode dat iedereen zijn vakantiegeld heeft. Bewindvoerders, budgetbeheerders en begeleiders krijgen de volle laag als we de klanten aan de in het voorjaar zo mooi gemaakte plannen willen houden. HET IS MIJN GELD!!! MIJN GELD!!! IK HEB ER RECHT OP!!! Knettergek worden we er van. Inderdaad begint het met een opname van 400 euro in plaats van de geplande 200 euro. Dat kan nog. Dan kun je van de rest nog steeds een bank of bed of dure potloden kopen. Maar na die 400 euro is het nog lang niet klaar.

Want het is voor mijn klanten toch een soort vakantie. Voor de één de enige periode in het jaar dat hij vrienden heeft en overal welkom is omdat hij geld heeft en iedereen mee laat delen, voor de ander omdat hij onbeperkt cocaïne kan roken en niet door geldgebrek gedwongen is weer ‘op de bank voor zich uit te zitten staren omdat ik niks heb’. Een volgende klant wordt standaard ieder jaar eind mei uitgenodigd bij een verslaafde tweeling; zij willen ineens gezellig iets drinken en roken. Financieel uitgemergeld komt hij in juni weer tevoorschijn. Maar als ik hem wijs op de toch wel heel selectieve vriendschap (ongeveer van 23 mei tot 6 juni ieder jaar) kan hij flink boos worden. Helemaal niet waar. Gewoon gezellige dagen gehad. En een terugval maar dat heeft hij er wel voor over. Bovendien, ik ga toch naar Griekenland en Turkije, mag hij dan ook even?

Eind juni is het leed bijna geleden en hebben we nog wat naweeën. Doordat veel klanten ineens weer meer zijn gaan gebruiken, is het lastig om dat af te bouwen en worden er nog steeds schulden gemaakt waardoor het leefgeld eerder opgenomen wordt dan afgesproken. Wat vervolgens tot problemen gaat leiden want geen eten en dat kan al helemaal niet en we zijn weer terug bij ‘HET IS MIJN GELD! ALS IK DAT EERDER WIL HEBBEN DAN MOET IK DAT HEBBEN! KAT/HOND/KONIJN/RAT/IK GEEN ETEN! KAN NIET! IK KOM ER WEL EVEN AAN!’

Inmiddels heb ik geleerd om altijd een paar tientjes te verduisteren door het jaar heen, waar dat zo uitkomt. Dat komt geweldig van pas in deze periode van het jaar. En in juli is het weer klaar. Weten dat er geen geld meer is geeft over het algemeen rust. Veel rust.

Maar jammer van die mooie plannen… gelukkig hebben we Goudgoed.… komt dat bed, die bank, die computer er toch nog wel. Maar die Caran d’Ache kleurpotloden… dat blijft een hoopvol voornemen…

 

 

Quotes uit de bemoeizorg #4

Erg Cocks? Dat moest ik opzoeken. Ik heb het wel eerder gehoord en in verband met christelijk zijn, maar wat is dat eigenlijk voor uitdrukking? Het blijkt over Hendrik de Cock te gaan. Smerige Koksen, zoals wel gezegd werd. Hij brak met de Hervormde Kerk en vond de Gereformeerden uit, streng in de leer. Koksen.

En verder? Gaat de tippelzone op 31 maart 2019 na 21 jaar sluiten en moeten alle vrouwen ‘uitstappen’. Iedere vrouw heeft een eigen casemanager en een ‘aanjager’ om alles te laten samenwerken. Laten we hopen dat het werkt. As for dit tegeltje kwam het opnameplan even uit de lucht vallen en was dit de eerste spontane reactie van  mijn cliënte, waar ik al een tijd  mee samenwerk en die zich nooit geneert alles wat ze denkt er maar uit te gooien. Dat is mooi aan haar.

Dat zij zich zou prostitueren herkent ze nauwelijks. Eigenlijk alleen als ze, overigens zonder het verplichte pasje, af en toe aanwezig is op de Bornholmstraat. Wat thuis gebeurt ziet zij heel anders. Uitstappen is voor haar geen doel, onderdak wel. Voor de casemanager, de aanjager en de burgemeester telt alleen het uitstappen. Hoe gaat dat als zij, uitgestapt en wel, met een nieuw onderdak opnieuw veel ‘goede vrienden’ over de vloer heeft waar zij wel eens een dienst aan wil verlenen en zij haar daarna een tientje geven om coke te kopen? Is ze dan nog steeds uitgestapt want niet meer op de tippelzone, of is dat dan een vorm van thuisprostitutie die zich aan de openbare orde onttrekt?

Hoe zou ik het haar gunnen als het lukte, die opname en het beloofde onderdak wat dan aansluitend geregeld zal worden; ‘Ik hoef daar maar 5 of 6 weken te blijven, dat is te doen!’ zegt zij blij. En hoe zou ik haar een volgende mislukking niet gunnen. Voorbereiding is het halve werk. Ook op dat je zelf best iets moet doen in een opname. En dat het geen kwestie is van ‘dan zit ik wel even een paar weken met de handjes bij elkaar te bidden als ik dan onderdak heb daarna’.

Want ze zijn ‘daar’ wel degelijk Cocks. En dat stoppen met roken zal er dan ook van moeten komen. Ik ga voor haar duimen tot ik erbij neerval.

Naschrift: ik werd op de dag van opname gebeld uit het westen van het land. Mevrouw was meteen weer vertrokken en het had nog de nodige moeite gekost om haar van het hoofdkantoor naar de afdeling te laten komen om minimaal een rondleiding te krijgen.

De reden? Men was vergeten te vertellen dat het om een gesloten afdeling ging. Dat deed haar teveel denken aan al die andere gedwongen opnames. Had dat even van te voren gezegd… dan had zij vooraf een afweging kunnen maken en kunnen kiezen al dan niet akkoord te gaan… eigen kracht weet u nog… dat houdt ook zelf mogen beslissen op grond van de juiste informatie in…. jammer.